De Europese economie herstelt zich maar langzaam van de crisis en blijft kwetsbaar. Van meet af aan werd er alles aan gedaan om de overheidsfinanciën en het Europese financiële stelsel te versterken. Dat blijft belangrijk, maar uiteindelijk kan alleen de reële economie — industriële en andere bedrijven die
concrete goederen en diensten leveren — voor economisch herstel zorgen. Bovendien hangt, met de
globalisering en de toenemende concurrentie van opkomende economieën, de economische welvaart van Europa op langere termijn af van de kracht van onze industriële basis, want onze economie kan niet draaien op diensten en banken alleen.
De EU is wereldleider op het gebied van energieefficiëntie en buitenlandse investeringen, maar niet alle EU-landen staan even sterk op industrieel vlak. Gelukkig lopen EU-bedrijven in allerlei sectoren technologisch voorop en hebben ze het potentieel om de Europese economie weer te laten groeien. Juist dat is het doel van het Europese industriebeleid.
Lees alles over deze doelstelling in deze brochure.
Uitgavejaar: 2014 | 16 bladzijden
